Op dit moment kun je bij het kopen van een huis profiteren van scherpe huizenprijzen en de hypotheekrente is ontzettend laag. Kopers van huizen zijn blij! Ook huizenbezitters die de rentevast periode moeten verlengen zijn blij, maar niet iedereen. Een lage hypotheekrente kan ongunstig zijn voor de spaarhypotheek.
Spaarhypotheken kunnen niet meer nieuw worden afgesloten, tenminste als je wilt profiteren van de regeling van de hypotheekrenteaftrek. Er zijn nog maar twee hypotheekvormen die recht geven op hypotheekrenteaftrek, namelijk de lineaire hypotheek en de annuïteitenhypotheek. Andere hypotheekvormen kan wel de regeling van de hypotheekrenteaftrek op van toepassing zijn, als de hypotheek is afgesloten vóór 2013. Huiseigenaren met een spaarhypotheek kunnen door de lage hypotheekrente tegen een probleem aan lopen. Bij het verlengen worden de maandlasten hoger.
Stel, je hebt nu een hypotheekrente van 5,5%. De rentevast periode loopt af en de rente daalt naar 3,5%. Dit lijkt goed nieuws, maar het kan slecht uitpakken voor de spaarhypotheek. Hoe komt dat?
In de spaarhypotheek wordt er gedurende de looptijd niet afbetaald op de hypotheekschuld. Hierdoor blijft de schuld maximaal. Aan de hypothecaire lening is een levensverzekering gekoppeld waarin een kapitaal wordt opgebouwd. Op de einddatum van de hypotheek is er in de polis voldoende waarde opgebouwd om de hypotheek in één keer af te kunnen lossen. Over het kapitaal wordt een rentevergoeding gegeven dat gelijk is aan de hypotheekrente.
Wat gebeurt er bij een renteverlaging? Het te betalen bedrag aan hypotheekrente daalt. Dit bedrag is fiscaal aftrekbaar, waardoor het fiscaal voordeel ook zakt. Over het opgebouwde vermogen wordt de rentevergoeding ook verlaagd. Omdat er op de einddatum voldoende vermogen in de polis moet zitten, moet de maandelijkse premie van de gekoppelde levensverzekering verhoogd worden.
Vooral bij spaarhypotheken waar al een flink vermogen is opgebouwd, kunnen de gevolgen groot zijn. Ondanks een lagere hypotheekrente, kunnen de hypotheeklasten dus omhoog gaan.